Lief Dagboek | zuurstofmasker
De plek waar we vragen aan onszelf stellen. Magalie, Noémie, Michèle & Myke nemen je mee in hun kritische invalshoeken en relevante thema's.
Deze keer vanuit de hangmat, over een deelnemer uit onze training statushouders, over zijn reis vanuit Syrië, over ons gemak en zuurstofmaskers.

Ha zus,
De zon schijnt, ik lig in een hangmat. Klinkt idyllischer dan het is, aangezien de zon zich sinds lange tijd laat zien en ik voor mijn gevoel voor het eerst in maanden op een woensdagmiddag 5 minuutjes met de voeten omhoog lig te schommelen. En dan is hij daar weer, recht voor me. De jongen van gisteren uit de training; net 19 jaar, smal gebouwd, vrij klein, grijze huid, petje op, afgetrapte sportschoenen en schichtig kijkende ogen. Daar staat hij voor me, terwijl ik mijn momentje van rust pak omdat ik het leven als zo overvol en druk ervaar. Niet echt natuurlijk. Hij staat niet echt voor me, maar het voelt wel als levensecht. En hij kijkt mij aan. Hulpeloos of misschien interpreteer ik het zo. Ik voel me enorm ongemakkelijk in die hangmat. Allereerst omdat ik zo enorm het gevoel had alsof ik dat moment verdiend had. Ineens weet ik niet meer waarom. En doordat hij daar zo voor me staat, wil ik opstaan, rennen, bellen, schreeuwen, huilen en hem vastpakken. Zeggen dat het goed komt. Dat ik er ben. Dat ik zijn moeder best even wil zijn. Dat hij tegen mij te keer mag gaan, weer kind mag zijn en mag spelen. Oh nee hij is allang te groot om te spelen. Maar toch ik wil dat hij weer gaat spelen. Zou hij dat ooit weer gaan doen?
Ik sluit mijn ogen en voel dat mijn vuisten zich ballen. Zo boos en gefrustreerd op alles en iedereen, maar bovenal op ons, de groep mensen die zich zorgen maken over hun eigen kleine vrijheden. Daar staat hij. Net 19 jaar, 2 jaar in Nederland en de reis gemaakt van Syrië naar Nederland in zijn eentje. Zijn familie komt eind juni hopelijk naar Nederland. Ik denk aan zijn moeder. Haar hart in duizend stukken en zo hard kloppend dat ze haar zoon weer gaat zien, zonder te weten wie ze gaat aantreffen. Zou zij zich de afgelopen maanden zorgen hebben gemaakt over of ze wel of geen mondkapje op wil? Wel of niet uiteten? Wel of geen traktatie op school? Ik denk het niet. En hij? Hij is ouder dan 18 jaar. In Nederland de leeftijd dat je het zelf moet uitzoeken. En dus woont hij samen met een jongen van ongeveer dezelfde leeftijd. Ontvangt een uitkering en moet zelf initiatief nemen om naar school te gaan. Om werk te zoeken, om in te burgeren. Hij gamed liever. Ik snap dat wel.
Ik stap uit mijn hangmat en neem me voor niet boos of gefrustreerd te zijn, maar mijn ongemak om te zetten in actie. Ja je snapt het al, we gaan iets doen. Eens kijken of we mensen bij elkaar kunnen halen om samen in actie te komen om verder te denken dan wat er is. Komt die opleiding Design Thinking pas echt van pas 😊 Alles om deze jongen weer kleur op zijn wangen te laten krijgen en hem te laten zien dat opgroeien best leuk kan zijn. Dat hij best tot 04.00 uur ‘s ochtends mag gamen, maar dat er nog zoveel meer te halen is en dat hij dat kan. Dat ik dat weet. Dat ik 100% vertrouwen in hem heb.
En ja, ik hoor je al zeggen dat ik ook best in mijn hangmat mag liggen. Dat wil en mag ik ook maar laten we inzetten op dat wanneer ik dat weer doe, we de 1e actie hebben ingezet. Deal?
Ha lieve zus,
Bij het lezen van je laatste zin moet ik lachen. Je kent me iets te goed, want terwijl ik je brief lees, balanceer ik steeds tussen ‘JA! Je hebt gelijk’ en ‘Wat zonde’.
‘Wat zonde’ omdat het er zo fijn uit zag. Ik zag je namelijk liggen in die hangmat en bedacht me op dat moment dat ik je niet zo vaak zo zie. Het zag eruit als een moment voor jezelf en eerlijk gezegd vond ook ik dat je dat verdiend had. Nu klinkt het iets idyllischer dan het was, we moesten wel het gegil van onze spelende kinderen wegfilteren, en de wetenschap dat zwemles, boodschappen, koken én sporten nog op de planning stond, maar toch. Het zag er zo fijn uit!
En de ‘JA’ je hebt gelijk, omdat de jongen die je beschrijft ook de hangmat onder de boom verdient. En omdat hij zo veel wat hij al heeft moeten meemaken niet heeft verdiend. En meteen komt bij mij opborrelen ‘hoe dan?’ en ‘wat dan?’
Wat kunnen we doen en wat moeten we doen. Twee vragen die dan weer totaal niet volgens onze opleiding Design Thinking zijn, om daar ook maar even op terug te komen. 😊 Hoppa, meteen naar de oplossing gaan. Maar het is wel wat mijn hart wil als ik je lees.
Als we ons braaf houden aan onze nieuwe methodiek moeten we starten met onderzoek. Niet zelf invullen wat wij hem willen geven en bieden, maar hem een stem geven. Volgens mij zou dat een eerste goede stap zijn. Of ga ik nu weer te snel? Ben benieuwd naar jouw idee van een actie!
Ergens doet me dit ook denken aan de stewardess die je bij opstijgen uitlegt dat je eerst zelf je zuurstofmasker op moet zetten, voordat je het bij je kinderen doet. Het moet een combinatie zijn, moment van rust zodat je zuurstof krijgt, om vanuit daar zuurstof aan de ander te kunnen geven. Want dat zelf genieten en rust pakken is ook nodig! note to myself anders gooi ik je de volgende keer gewoon UIT de hangmat!
I Love YOU!